Belastingplan 2017: Uitbreiding rechtsbescherming invorderingswet
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
In het Belastingplan 2017 worden een aantal fundamentele wijzigingen voorgesteld ter vereenvoudiging en stroomlijning van het bestaande invorderingssysteem. De belangrijkste wijzigingen zijn ingegeven door de wens problematische schulden zo veel als mogelijk te voorkomen en zien aldus met name op aanpassing van het uitstel- en kwijtscheldingsbeleid voor particulieren. De uitbreiding van de rechtsbescherming door uitstelbeschikkingen van de Ontvanger voor bezwaar vatbaar te maken ziet evenwel
ook op ondernemers en is daarmee een voor de invorderingspraktijk belangwekkende wijziging.
Weekers dupeert bonafide ondernemers bij bestrijden van belastingfraude
door M. Lambregts, fiscaal advocaat
Wetsvoorstel pakt fraudeurs niet harder aan, maar biedt hun kans strafvervolging te ontlopen.
Het instellen van rechtsmiddelen bij een belastingschuld van een niet meer bestaande rechtspersoon
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
Als de tijd daar is, komt ook aan het bestaan van een rechtspersoon een einde. Een rechtspersoon kan ophouden te bestaan
door ontbinding, fusie of splitsing. In de fiscale praktijk komt het regelmatig voor dat de inspecteur een aanslag vaststelt nadat de belastingplichtige rechtspersoon is opgehouden te bestaan is. Het aanslagbiljet wordt dan aan de vereffenaar of voormalig bestuurder van de geliquideerde rechtspersoon toegezonden.
Geen opschorting bezwaarbeslistermijn ondanks weigering informatie te verschaffen
door M. Lambregts, fiscaal advocaat
Naar aanleiding van door een anonieme tipgever verstrekte informatie heeft de inspecteur belanghebbende grond van art. 47 AWR verzocht opgave te doen van niet eerder opgegeven buitenlandse bankrekeningen. Daarop verstrekt belanghebbende slechts mondjesmaat informatie waarna de inspecteur over de jaren 2001 t/m 2009 navorderingsaanslagen oplegt inclusief vergrijpboeten en heffingsrente.
Kan de belastingadviseur inkeren?
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
Als de adviseur de inkeer van zijn cliënt bevordert, kan ook de adviseur het risico op strafvervolging van zijn eigen handelen beperken. Een rechtsgeldig beroep op de inkeerregeling sluit strafvervolging van een reeds voltooid fiscaal delict uit. Dit betekent
dat niet kan worden vervolgd voor belastingfraude als de belastingplichtige alsnog openheid van zaken geeft voordat hij weet of behoort te weten dat de Belastingdienst hem op het spoor is.
Geld in oude sok is geen belastingfraude
door M. Lambregts, fiscaal advocaat
Zwart geld gratis witwassen is wellicht binnenkort mogelijk via de Belastingdienst. In een oude sok, in een krokodillenkooi of - zoals Pablo Escobar dat deed - in het bankstel van moederlief; wie contant geld te verbergen heeft, vindt altijd wel een plekje.
Kroniek Invorderingsrecht 2016
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
In deze Kroniek besteed ik aandacht aan de jurisprudentiële ontwikkelingen op het terrein van de aansprakelijkheden in het afgelopen Kroniekjaar. Zo is het Unierechtelijk verdedigingsbeginsel van toepassing gebleken, blijkt art. 40 Invorderingswet 1990 (hierna: IW 1990) niet alleen op natuurlijke personen te zien en wordt het hoog tijd de meldingsregeling te updaten naar de huidige stand van de automatisering van de ontvanger. Daarnaast aandacht voor de door de staatssecretaris noodzakelijk geachte uitbreiding van de mogelijkheid voor de ontvanger lijfsdwang toe te passen en de bevestiging van de wettelijke schorsende werking van het verzet ex art. 17 IW 1990. Kortom, never a dull moment.
De meldplicht van de accountant bij een btw-schuld
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
Bij het opmaken van de jaarrekening blijkt geregeld dat de cliënt nog btw moet voldoen. Hoe dient de accountant daar anno 2016 mee om te gaan?
Hard bewijs nodig voor tijdige verzending aanslagbiljet
door mr. M. Bajadjan, paralegal
In de loop der jaren zijn de nodige uitspraken gedaan over de vraag wanneer een belastingaanslag tijdig is vastgesteld. Inmiddels is duidelijk dat een belastingaanslag niet binnen de aanslagtermijn is vastgesteld als de aanslag niet binnen die termijn aan het juiste adres van de belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger is toegezonden. De tijdige dagtekening van het aanslagbiljet doet hieraan niet af. Het is dus van belang dat de inspecteur kan bewijzen dat het aanslagbiljet daadwerkelijk voor het einde van de aanslagtermijn ter post is bezorgd. Hoe ver reikt die bewijslast in de praktijk? Hof Arnhem-Leeuwarden heeft in dat kader een belangwekkende uitspraak gedaan.
De meldingsregeling fiscale bestuurdersaansprakelijkheid in de 21e eeuw
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
In de jaren '80 van de vorige eeuw is de fiscale bestuurdersaansprakelijkheid als tweede anti-misbruikwet ingevoerd. Het doel van deze aansprakelijkheid was het aanpakken van evidente wanbestuurders. Desalniettemin moeten ook (of zelfs met name) niet-wanbestuurders beducht zijn voor deze vérgaande aansprakelijkheid, omdat het niet, niet tijdig of anderszins niet rechtsgeldig melden van betalingsonmacht voldoende wordt geacht voor persoonlijke aansprakelijkheid. Op grond van de meldingsregeling
geldt dan namelijk het uiterst moeilijk weerlegbare bewijsvermoeden dat sprake is van verwijtbaar kennelijk onbehoorlijk bestuur.
Verschoningsrecht advocaat beschermt accountant nauwelijks
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
Kan de accountant die door een advocaat is ingeschakeld een beroep doen op het verschoningsrecht dat zijn opdrachtgever heeft? Recente rechtspraak wijst daar niet op.
Opheffing schorsende werking fiscaal verzet voorbehouden aan rechter
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
Het laatste redmiddel om een executieverkoop door de ontvanger te voorkomen, is fiscaal verzet op groond van artikel 17 Invorderingswet 1990. Hieraan verbindt de wet schorsende werking, zodat de executieverkoop voorlopig van de baan is.
'Omringd met kundige adviseurs'
door M. Lambregts, fiscaal advocaat
In de praktijk stemmen de afspraken tussen huurder en verhuurder zoals die zijn vastgelegd in een huurcontract, niet altijd of niet meer overeen met de feitelijke huursituatie. Bijvoorbeeld als een woning aan een groep bewoners wordt verhuurd, waarbij slechts één van de bewoners als huurder staat vermeld in het huurcontract, terwijl het voor alle betrokkenen duidelijk is dat de woning ook aan de overige bewoners wordt verhuurd.
Verticaal toezicht anno 2015: de adviseur in de spotlight
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
In de strijd tegen belastingontduiking, belastingfraude en schadelijke belastingcompetitie volgen de (voorgestelde) toezichtmaatregelen elkaar in indrukwekkend tempo op. Denk aan de automatische uitwisseling van bankgegevens en rulings, de implementatie van de ‘Common Reporting Standard’ en de documentatieverplichting voor multinationale ondernemingen. Door deze mondiale ontwikkelingen beschikt de Belastingdienst over een toenemende hoeveelheid aan controle-informatie.
Belastingplan 2016: uitbreiding experimenteerbepaling naar de invordering
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
Om tot een ingrijpende vereenvoudiging en stroomlijning van het verkeer tussen belastingschuldigen en de belastingdienst te kunnen komen, dient ook de formele wetgeving op het terrein van de invordering te worden aangepast. Omdat de staatssecretaris kennelijk geen idee heeft welke aanpassingen daartoe benodigd zijn, wordt een wettelijke basis gecreëerd om in de praktijk verschillende opties uit te kunnen testen: de experimenteerbepaling.
Fiscale bestuurdersaansprakelijkheid niet bedoeld om lakse ontvanger tegemoet te komen
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
In verband met de zware bewijslast vindt fiscale aansprakelijkstelling van bestuurders doorgaans slechts plaats als de betalingsonmacht niet (tijdig) of anderszins niet rechtsgeldig is gemeld. Dan geldt namelijk het in de praktijk nagenoeg onweerlegbare bewijsvermoeden dat sprake is van verwijtbaar kennelijk onbehoorlijk bestuur.
Geen definitief oordeel over 'wilsafhankelijke' informatie
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) laat de Nederlandse praktijk rond het afdwingen van informatieverstrekking aan de Belastingdienst (vooralsnog) ongemoeid. De kernvraag wanneer informatie precies 'wilsafhankelijk' is, blijft onbeantwoord.t al dan niet welslagen van zo’n civiele vordering van de Ontvanger. Het gaat uiteindelijk toch om invordering van rijksbelastingen.
Geen aanslag, geen schade
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
Op grond van het zogeheten ‘open systeem’ van artikel 4:124 Awb heeft de Ontvanger naast zijn specifieke fiscale bevoegdheden uit hoofde van de Invorderingswet ook alle bevoegdheden die een normale crediteur uit hoofde van het civiele recht heeft. Een dergelijke vordering van de ontvanger is civiel van aard en wordt dan ook door de civiele rechter beoordeeld. Toch kunnen bepalingen uit het formele belastingrecht van doorslaggevend belang zijn voor het al dan niet welslagen van zo’n civiele vordering van de Ontvanger. Het gaat uiteindelijk toch om invordering van rijksbelastingen.
Aanval van fiscus op Airbnb: vrees niet
door Lambregts, fiscaal advocaat
'Fiscus opent aanval op Airbnb’, kopte Het Financieele Dagblad van 12 juni. De fiscus heeft het gemunt op verhuurders die hun woning via Airbnb verhuren zonder dat zij de huuropbrengsten opgeven in hun aangifte inkomstenbelasting. De vraag rijst of Airbnb-verhuurders zich op de een of andere manier kunnen verdedigen tegen het dreigende fiscale geweld.
De toerekening van fiscale missers aan de rechtspersoon
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
Het strafrecht heeft een toenemende invloed op de reikwijdte van het fiscale boeterecht. Die ontwikkeling gaat niet zo ver dat de strafrechtelijke regels en beginselen onverkort van toepassing zijn op een fiscale (vergrijp)boete. Wel zoekt de Belastingkamer van de Hoge Raad aansluiting bij het strafrecht voor de uitleg van het punitieve bestuursrecht. Het streven naar rechtseenheid is recentelijk benadrukt in een uitspraak van de Hoge Raad over de fiscaal boeterechtelijke aansprakelijkheid van de rechtspersoon.
Fiscale aansprakelijkheid voor rente, kosten en boeten
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
Op grond van art. 32, lid 2 IW 1990 kan de Ontvanger derden ook aansprakelijk stellen voor andermans heffings- en invorderingsrente, kosten en boetes voor zover het belopen daarvan door de belastingschuldige te wijten is aan de aansprakelijk gestelde. De Ontvanger heeft de bewijslast als het gaat om die verwijtbaarheid.
Alleen rechter kan schorsende werking fiscaal verzet opheffen
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
Als het fiscale water aan de lippen staat omdat de ontvanger op het punt staat de beslagen inboedel of bedrijfsinventaris openbaar te verkopen, is er nog een laatste redmiddel: verzet op grond van artikel 17 Invorderingswet.
Kroniek Invorderingsrecht 2015
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
In deze Kroniek besteed ik aandacht aan recente ontwikkelingen op het terrein van de aansprakelijkheden, waaronder het verder uitkristalliseren van de reikwijdte van het gewijzigde art. 40 Invorderingswet 1990 (hierna: IW 1990), het belang van persoonlijke verwijtbaarheid voor de tegenbewijsuitsluiting bij bestuurdersaansprakelijkheid en de ‘mogelijkheid’ van interne compensatie door de ontvanger. Daarnaast aandacht voor het ‘open systeem’ van de ontvanger en de gevolgen daarvan voor
de rechtsbescherming.
Geconcentreerd verweer in kort geding
door M. Lambregts, fiscaal advocaat
Abraham Hartogh introduceerde eind negentiende eeuw de concentratie van verweer. Een relatief nieuwe wetswijziging maakt deze regel relevant in kort geding.
De belastingadviseur als onbezoldigd controleambtenaar?
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
Fiscaal advocaten zijn over het algemeen zeer bedreven in het bang maken van belastingadviseurs. Allerhande boete- en strafrechtelijke risico’s liggen bij fiscale advieswerkzaamheden op de loer en in tijden waarin het kabinet fraudebestrijding hoog op de politieke agenda heeft staan, nemen die risico’s alleen maar toe, zo luidt het cliché.
Uitstel van betaling en aansprakelijkstelling
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
Als de ontvanger van de Belastingdienst onzorgvuldig uitstel van betaling heeft verleend aan de belastingschuldige, beperkt dat zijn mogelijkheden om achteraf iemand anders aansprakelijk te stellen voor de onbetaald gebleven belastingen.
De fiscale boetegrondslag bij omkering en verzwaring van de bewijslast
door A.A. Kan en M. Lambregts, fiscaal advocaten
In het fiscale boeterecht wordt wel aangenomen dat de berekeningsgrondslag voor een fiscale boete (de boetegrondslag) gelijk is aan de belastingschuld, óók als de hoogte van de belastingschuld is vastkomen te staan met toepassing van omkering en verzwaring van de bewijslast.
BTW-fraude: zorgvuldige ondernemer beschermd
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
Alleen het feit dat verschuldigde btw ergens in de handelsketen niet wordt betaald, betekent volgens het Europese Hof van Justitie niet dat het recht op vooraftrek of de toepassing van het nultarief mag worden geweigerd
Zorgvuldigheidsbeginsel beperkt keuze Ontvanger niet
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
De Nationale Ombudsman oordeelde in 1998 reeds dat als de Ontvanger de mogelijkheid heeft om iemand op grond van meerdere aansprakelijkheidsbepalingen aansprakelijk te stellen, hij dient te kiezen voor díe regeling die uit een oogpunt van rechts-bescherming het meest gunstig is voor de aansprakelijke.
Duidelijkheid over termijn opleggen fiscale boete aan een ander dan de belastingplichtige
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
In het algemeen dient de inspecteur een fiscale boete gelijktijdig met de daarmee samenhangende belastingaanslag vast te stellen. De aanslagtermijn bepaalt in dat geval dus tot wanneer de fiscale boete uiterlijk kan worden opgelegd.
Iets minder onredelijk
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
De toepassing van bestuurdersaansprakelijkheid is zijn doel voorbijgeschoten, met name rond het niet tijdig of rechtsgeldig melden van betalingsonmacht. In die gevallen konden bestuurders zich niet of nauwelijks verweren tegen de aantijging van onbehoorlijk bestuur. De Hoge Raad bracht daarin verandering.
Zorgvuldigheidsbeginsel beperkt ontvanger niet
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
In 1998 oordeelde de Nationale Ombudsman dat als de ontvanger de mogelijkheid heeft om iemand op grond van meerdere aansprakelijkheidsbepalingen aansprakelijk te stellen, hij dient te kiezen voor die regeling die uit een oogpunt van rechtsbescherming het gunstigste is voor de aansprakelijke. De Hoge Raad maakte recent evenwel duidelijk dat dit niet in
zijn algemeenheid geldt.
Verzamelwoede fiscus kan botsen met privacy
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
Burger heeft er recht op te weten onder welke omstandigheden zijn recht op persoonlijke levenssfeer mag worden ingeperkt.
Wanneer is belastingaanslag tijdig vastgesteld?
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
Als een aanslagbiljet wel binnen de geldende termijn is opgemaakt, maar niet binnen die termijn op de voorgeschreven wijze bekend is gemaakt, is een belastingaanslag vernietigbaar. Dat wordt bevestigd in een recent arrest van de Hoge Raad.
Risicoaansprakelijkheid of schuldaansprakelijkheid?
door A.A. Kan, fiscaal advocaat
Bij fiscale aansprakelijkheidsbepalingen wordt steeds vaker de bewijslast bij de (potentieel) aansprakelijke gelegd: voor disculpatie van aansprakelijkheid moet hij bewijzen dat het niet zijn schuld is dat belasting onbetaald is gebleven. Dit betekent echter niet dat deze bepalingen zonder meer als risicoaansprakelijkheid kwalificeren.
Actualiteit formeel belastingrecht
door A.A. Kan en I.R.J. Thijssen, fiscaal advocaten
Recente ontwikkelingen op het gebied van het formele belastingrecht: de termijn waarbinnen een belastingaanslag moet zijn vastgesteld, de navorderingsbevoegdheid van de inspecteur bij afwezigheid van een nieuw feit en het spanningsveld tussen de verplichting informatie te verstrekken ten behoeve van de belastingheffing en het recht niet mee te werken aan zelfincriminatie. Daarnaast is er aandacht voor de meldingsregeling bestuurdersaansprakelijkheid.
De afnemer voor de btw volgens de ‘tuchtrechter’
door M. Lambregts, fiscaal advocaat
De vraag wie afnemer is van een prestatie voor de btw is weliswaar niet zo oud als de weg naar Rome, maar heeft in het verleden al de nodige pennen in beweging gebracht en een enkeling zelfs aangezet tot het schrijven van een heuse parabel (Lamers, WFR 2004/1833). Recent is deze vraag opnieuw en volop in de belangstelling komen te staan nadat de tuchtrechter van de Orde van Advocaten op 2 december 2013 een advocaat berispte die de declaratie voor diensten verricht aan een werkneemster in een arbeidsgeschilten op naam stelde van de werkgever (Hof van Discipline, 2 december 2013, nr. 6712.). In deze bijdrage wordt onderzocht hoe dit oordeel van de tuchtrechter zich verhoudt tot de btw-rechtspraak met betrekking tot het afnemerschap.
Hoe zit het ook alweer met factureren en btw?
door M. Lambregts, fiscaal advocaat
De recente tuchtuitspraak over advocaatkosten van een werknemer die zijn werkgever vergoedde, deed veel stof opwaaien. Wat zijn de fiscale regels waar advocaten op dienen te letten bij het opstellen van hun declaraties.
Kroniek Invorderingsrecht 2014
door F.A. Piek, fiscaal advocaat
In deze Kroniek besteed ik aandacht aan twee aansprakelijkheidsaspecten die in de praktijk niet altijd de aandacht krijgen die ze verdienen: de bewijslast van de ontvanger inzake de verwijtbaarheid van het belopen van rente, kosten en boetes en het hangende een aansprakelijkstellingsprocedure intern compenseren om de onderliggende aanslagen overeind te kunnen houden. Daarnaast aandacht voor wat verjaringsperikelen met als afsluiting bespreking van de streep die Hof Arnhem vooralsnog gezet lijkt te hebben door de jurisprudentiële ontwikkelingen ter zake van het negeren van de wettelijke schorsende werking van het verzet door staatssecretaris en ontvanger.
Over de oplettend koopman, diens wetenschap en zorgvuldigheid
door M. Lambregts, fiscaal advocaat
In de Europese jurisprudentie met betrekking tot btw-carrousellfraude is een criterium tot ontwikkeling gekomen waarmee men de bonafide ondernemers in een handelsketen van de fraudeurs tracht te onderscheiden; het Kittel-criterium. Beslissend daarbij zijn wetenschap van fraude en de vraag of een ondernemer voldoende voorzorgsmaatregelen heeft getroffen om betrokkenheid bij fraude te voorkomen.
Heffingssysteem IB en SW gaat op de schop
door A.A. Kan en I.R.J. Thijssen, fiscaal advocaten
Op 2 september 2013 heeft het ministerie van Financiën het wetsvoorstel ‘Wet vereenvoudiging formeel verkeer Belastingdienst’ ingediend bij de Tweede Kamer. Het wetsvoorstel voorziet in een nieuw heffingssysteem voor aanslagbelastingen. Dit nieuwe systeem gaat vooralsnog alleen gelden voor de inkomsten-, erf- en schenkbelasting. Verder wordt in dit wetsvoorstel een grondslag gegeven aan het elektronisch berichtenverkeer van en met de Belastingdienst. In deze bijdrage zetten we de belangrijkste wijzigingen uiteen die het nieuwe heffingssysteem met zich mee zal brengen, als het in ongewijzigde vorm wordt aangenome.
De nieuwe regels voor navordering
door A.A. Kan en I.R.J. Thijssen, fiscaal advocaten